(Niet iedereen is zo flexibel als een elastiekje)
Voor het uitvoeren van een taak heb je allerlei vaardigheden nodig. Zo ook voor opruimklussen of administratieve taken. Als je een klus doet, merk je dat dingen soms anders lopen dan verwacht. Je hebt minder tijd dan gedacht, er komt iets onverwachts tussendoor, niet alles past in de beoogde kast. Sommige mensen veren mee met deze onverwachte situaties. Anderen raken in de stress of geven de moed op om de klus af te maken.,
Ben jij enigszins van elastiek?
Kan jij je makkelijk aanpassen aan veranderende of onverwachte omstandigheden? Voorbeeld één: Je wilt een klus doen en onverwacht vraagt de buurvrouw jouw dringende hulp. Geen probleem voor jou: Je plant een nieuw moment voor de klus.
Voorbeeld twee: Je wilt spullen naar de milieustraat afvoeren, blijken de tijdslots voor een afspraak de komende weken allemaal vol. Jouw oplossing: Je boekt de eerst mogelijke datum en zet de afgedankte spullen zolang in een hoekje in je schuur. “Het is niet anders.”
Voorbeeld drie: Van je nieuwe kast in je studeerkamer ontbreekt een plank. Ben je van slag of bedenk je plan B (kast kan wel in elkaar, die ene plank komt later wel)?
Of raak je snel van slag als je jouw plannen moet wijzigen?
Veranderingen en vertragingen komen voor en plan A blijkt niet altijd haalbaar. Houd jij van voorspelbaarheid en raak je van slag als het anders loopt? Geef je gefrustreerd de moed op? Kan gebeuren, niet iedereen is van elastiek!
Hoe kan je met onverwachte situaties of tegenvallers omgaan? Hoe komt jouw klus toch tot een goed einde met minder frustratie als het anders loopt dan gedacht?
Tip 1. Maak een plan voor je klus, dat geeft houvast. Zonder plan is zo ongeveer de hele situatie onvoorspelbaar.
Tip 2. Bedenk naast een plan A (het beste plan in jouw ogen) ook een plan B voor als er zaken anders lopen (second best). Zie de voorbeelden van onverwachte tegenslagen hierboven in de inleiding.
Tip 3. Bedenk als-dan scenario’s:
“Als midden in een klus mijn vriendin belt, dan zeg ik dat ik vanavond terugbel.”
“Als blijkt dat ik niet genoeg tijd heb om mijn dozen met spullen weg te brengen naar de kringloop, dan zet ik ze in ieder geval alvast in de auto. Dan zijn ze wel mijn huis uit.”
Tip 4. Vraag anderen wijzigingen of veranderingen tijdig aan te kondigen:
“Mocht je niet kunnen komen helpen, kan je me dat dan de avond ervoor aan me appen?”
Tip 5. Leg anderen uit hoe je je voelt als iets anders loopt dan gedacht. Uit je teleurstelling of boosheid. Gedeelde smart is halve smart.
Tip 6. Oefen in het omgaan met kleine veranderingen. Neem eens een andere weg naar de supermarkt of kies een andere ochtendroutine. Deze hebben geen grote gevolgen, geven nauwelijks stress en leren je hoe het voelt om af te wijken van vaste patronen.
Tip 7. Wees je ervan bewust dat er meerdere wegen of oplossingen zijn om je doel te bereiken. De weg naar je doel kan je op verschillende manier bereiken. Je kan een klus in één weekend doen, maar als dat niet haalbaar blijkt dan is het ook prima om het in twee weekenden voor elkaar te krijgen.
Tip 8. Geef jezelf een schouderklopje of beloning als je met een bepaalde (onvoorziene) omstandigheid voor je eigen gevoel goed bent omgegaan. Je mag best trots op jezelf zijn als je iets bereikt hebt wat je niet zo makkelijk af gaat.
Gebruik de tips die aansluiten bij wat jij nodig hebt. Succes ermee!
Lukt het niet zoals je graag zou willen? Dat kan, geen paniek! Wil je mijn hulp daarbij? Neem gerust contact op.